Een goed voorbeeld vind je in een studie van Mathes and Guest (1976), die deelnemers vroeg naar hun bereidbaarheid, en hoeveel er betaald zou moeten worden om ze te laten rondlopen in de universiteitskantine met een bord waarop de tekst ‘Masturberen is leuk’ te lezen was (in 1976 zou zoiets behoorlijk gênant zijn geweest, tegenwoordig zou het wellicht juist stoer zijn). De resultaten leerden dat als mensen een masker droegen, ze eerder overgehaald konden worden tot het dragen van het bord en bovendien zouden ze dat doen bij een lagere financiële beloning.
Ondertussen presenteerden Miller and Rowold (1979) kinderen die voor Halloween langs de deuren gingen een schaal met chocolaatjes en vertelde dat ze er ieder twee stuks uit mochten halen. Kinderen zonder masker overtraden de regel in 37% van de gevallen terwijl kinderen met een masker in 62% van de gevallen meer chocolaatjes pakten dan ze mochten. Gemaskerd voelden de kinderen zich anoniemer, meer ontmenselijkt.
Ook online kun je dit effect terugvinden. Als mensen anoniem online zijn, gedragen ze zich veel asocialer (Suler, 2004). Er is zelfs een beruchte groep van trollen die zichzelf ‘Anonymous’ noemt en een masker hebben als symbool.
Psychologen beschrijven het effect dat door het dragen van een masker de controlesystemen van het superego min of meer worden uitgeschakeld waardoor primitieve impulsen eerder kunnen overheersen. Saigre (1989) schreef dat maskers zorgen voor kortsluiting in het afweersysteem van het brein en moedigen het brein aan tot een meer primitieve staat; Castle (1986) schreef dat de maskerades in de achttiende eeuw de gemaskerden ertoe overhaalden om hun hedonistische en seksuele impulsen te volgen; en Caillois (1962) schreef iets dergelijk over Europese gemaskerde carnavalvieringen waar ‘onbehoorlijk gedrag, gewriemel, provocatief lachen, ontblote borsten, teveel gepraat, lawaai en beweging’ plaatsvond. In de twaalfde eeuw verbood paus Innocentius III maskers in zijn strijd tegen immoraliteit en in 1845 verbood de staat New York het dat meer dan twee mensen maskers in de openbaarheid droegen. Dit nadat boeren maskers droegen om hun heren aan te vallen.
Het is geen wonder dat het bedekken van onze mond ons psychologisch de mond snoert. Studies hebben uitgewezen dat kleding een groot effect heeft op hoe we denken. Als je een laboratoriumjas aan hebt vergroot dat de cognitieve functie, we voelen ons slimmer (Adam Galinsky, 2012), het dragen van een verpleegsteruniform vergroot onze empathie (López-Pérez et al., 2016), en het dragen van vervalste merkkleding vergroot de kans dat we vals spelen in een test (Gino, Norton Ariely, 2010). Tegelijkertijd geldt in de wereld van lichaamstaal dat als je je hand voor je mond houdt, je aandachtig luistert, je bent letterlijk klaar om informatie te ontvangen, niet om er kritiek op te geven.
Terwijl studies hebben gekeken naar de effecten van maskers op verbaal argumenteren, is het aannemelijk om te concluderen dat het dragen van een masker een cognitief effect heeft. Bijvoorbeeld, extraverte mensen zijn minder volgzaam dan introverte mensen (Cohen et al., 2004; Gudjonsson et al., 2004); de ontwikkeling van het geweten bij mensen is duidelijk verbonden met de ontwikkeling van taal (e.g., Arbib, 2006); en de innerlijke stem is sterk gerelateerd met de cognitieve functies (Alderson-Day Fernyhough, 2015). De verbale gedachtengang is sterk verbonden met de morele gedachtengang. (e.g., Hayes, Gifford Hayes, 1998): als je niet kunt ‘spreken’ is het moeilijker om moreel en immoreel gedrag van elkaar te onderscheiden.
Er is nog een andere reden waarom maskers je dom maken, het verminderen van de zuurstofstroom naar het brein. Gezichtssluiers verminderen luchtverversing op de lange termijn. (Alghadir, Aly Zafar, 2012), en chirurgische maskers verminderen mogelijkerwijze de opname van zuurstof in het bloed van chirurgen (Beder et al., 2008): geloof het of niet, het bedekken van je mond zorgt ervoor dat je moeilijker kunt ademen. Toen het N95 mondmasker werd onderzocht in 2010 (Roberge et al.) was de conclusie dat het CO2 gehalte in het masker te hoog was en het zuurstofgehalte te laag volgens de geldende standaarden. Een studie van voor het COVID tijdperk concludeerde dat 81% van de 128 gezonde werknemers in de gezondheidszorg hoofdpijn ontwikkelde door het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen (Ong et al., 2020).
Niet alleen zorgen gezichtsmaskers ervoor dat het moeilijker is om te ademen, maar het bewijs dat ze ook werken om het coronavirus tegen te houden is zeer beperkt. Een populair maskermerk heeft zelfs een waarschuwing staan op de verpakking dat het niet beschermt tegen COVID-19. Bij het analyseren van acht studies, werden er in zes studies geen verschillen gevonden in de overdrachtsaantallen van het virus. Één studie vond dat het dragen van een masker en het wassen van handen nuttiger was en een andere studie concludeerde dat de N95 maskers effectiever zijn dan de standaard chirurgische maskers. bin-Reza et al., 2012). Niet chirurgische maskers, zoals sjaals en doekjes, zijn nagenoeg nutteloos (Rengasamy et al., 2010). Maskers zouden zelfs ongezond zijn, omdat ze een opbouw van bacteriën rond het gezicht veroorzaken. (Zhiqing et al., 2018).
Het feit dat maskers niet werken brengt ons tot de uiteindelijke conclusie dat het dragen ervan domheid en volgzaamheid inprenten; door een bombardement van leugens, tegenstellingen en verwarring, overweldigt de regering je vermogen om helder na te denken.
Zoals Theodore Dalrymple schreef, “Tijdens mijn studie van communistische samenlevingen kwam ik tot de conclusie dat het doel van communistische propaganda niet was om te overtuigen of te informeren, maar om te vernederen; daarom moest het zo min mogelijk raken aan de realiteit. Als mensen gedwongen worden te zwijgen als ze de meest openlijke leugens wordt verteld, en zelfs wanneer ze gedwongen worden om de leugens te herhalen, verliezen ze hun gevoel van eerlijkheid. Om toe te stemmen met openlijke leugens is op een bepaalde manier hetzelfde als zelf slecht of leugenachtig worden. Iemands vermogen om iets te weerstaan wordt op een dusdanige manier aangetast en zelfs vernietigd. Een gemeenschap van gemaskerde leugenaars is makkelijk om onder de duim te houden.
Het doel van gezichtsmaskers is niet om mensen te beschermen, maar om de mensheid te kleineren, om ze van hun ego te beroven, hun identiteit en hun autonomie. Maskers worden gedragen door rotzakken in horrorfilms en door onbeduidende achtergronddansers. Ze maken mensen minder dan menselijk.
Ontmenselijking wordt zelden gevolgd door iets goeds. Gezichtsmaskers zijn een zorgelijk voorteken van wat er zal volgen. In een analyse van de Rwandese genocide, was één van de eerste taalkundige aankondigingen de tendens om achteruit te kijken, te verwijten en om te focussen op fouten en onrecht in het veleden (Donohue, 2012). Waar de Tutsi’s kakkerlakken werden genoemd door de Hutu’s en de Nazi’s de Joden ratten noemden, zei Nancy Pelosi dat ze President Trump zou uitroken uit het Witte Huis.
Het is moeilijk te voorspellen hoe de ontwikkelingen zullen lopen de komende jaren, maar alle voortekenen duiden op niet veel goeds. Tijdens een crisis is het hebben van een heldere geest essentieel. Daarom, gun jezelf de waardigheid, identiteit en logica van een mens, en draag nooit, maar dan ook nooit, een masker.
In Joost Meerloo’s analyse van valse bekentenissen en totalitaire regimes, The Rape of the Mind, introduceert hij de term ‘dumbing down’ , oftewel dommer maken, het verminderen van kritisch verzet, hersenspoeling of mentale moord. “In het totalitaire regime,” schreef hij, “moet het twijfelende, nieuwsgierige en fantasievolle verstand onderdrukt worden. De totalitaire slaaf mag alleen dingen uit het hoofd leren en gaan kwijlen als de bel gaat.”
De neolitische mens had eenzelfde probleem met zijn vee. Het succes van homo sapiens kwam voor een niet onbelangrijk deel voort uit het hebben van vee, zij zorgen voor melk, vlees, leer en mest. Echter, een familielid van de koe, de auroch, was een heel ander dier. Hij was snel, agressief en gevaarlijk, nauwelijks te temmen. Dus begon de mens zo’n 10.500 jaar geleden met het doorfokken van de meest dociele aurochs om er handelbare dieren van te maken.
Het woord waar het hier om draait is ‘dociel’, dat komt van het Latijnse docere, wat ‘leren’ betekent. Dociel zijn betekent dat je gehoorzaam bent en orders opvolgt, wat betekent dat je je onderwerpt aan een systeem.
Terwijl dieren gefokt worden zodat ze een hoger niveau bereiken, om commando’s te leren, moeten mensen, die van zichzelf behoorlijk intelligent zijn, dommer gemaakt worden. Je zult geen orders weigeren op te volgens als je het vermogen mist om ze tegen te spreken. Dit is vooral belangrijk voor de soepele gang van zaken in een modern wereldsysteem, dat ervan afhangt dat miljoenen individuen, ieder met hun eigen verleden en verwachtingen, hetzelfde denken en zich hetzelfde gedragen.
De empirische literatuur laat zien dat gehoorzaamheid en beïnvloedbaarheid negatief gerelateerd zijn tot intelligentie (e.g., Gudjonsson, 1991). In de consumentenpsychologie is er zelfs een techniek die DTR, ‘disrupt-then-reframe’, heet: verwar mensen eerst, dan zijn zullen ze daarna eerder kopen wat je ze aanbiedt (Davis Knowles, 1999). Bijvoorbeeld door te zeggen dat iets 600 cent kost. Daarna zeg je dat dat slechts 6 Euro is en voeg je eraan toe dat dat een koopje is. Het geweten, de innerlijke monoloog wordt even uitgeschakeld door de verwarring. Zonder Japie Krekel op zijn schouder zou Pinokkio nooit een echte jongen zijn geworden, hij zou altijd een pop gebleven zijn. De moderne maatschappij is doorgeschoten in dingen die je net zo dom maken. (Dom betekent letterlijk: niet in staat te spreken).
Het effect van de televisie bijvoorbeeld, zoals Meerloo schreef, is dat het de geest direct vangt, het geeft mensen niet de tijd om rustig met zichzelf te overleggen. Het geestdodende effect van visuele communicatie wordt door de hele geschiedenis erkend. Het is niet voor niets dat religies spraken over het woord van God en verboden om er beelden van te maken. Het is niet verrassend dat televisie kijken je zowel op korte als lange termijn dom maakt. (Hoang et al., 2016; Lillard Peterson, 2011).
Ook alcohol vermindert de cognitieve functie op de korte termijn (Hindmarch Sherwood, 1991). Zelfs bij middelmatig gebruik vergroot het de cognitieve aftakeling op latere leeftijd (Topiwala et al., 2017). Junk food zorgt er ook voor dat je moeilijker kunt denken op de korte termijn (Barnes Joyner, 2012) en het beschadigt het cognitieve vermogen op de lange termijn (Reichelt Rank, 2017).
Fluoride is een soort cliché geworden van complotdenkers. Fluoride is in meerdere landen toegevoegd aan het drinkwater, ogenschijnlijk om het gebit te beschermen. De bewijzen voor de voordelen voor het gebit door toevoeging van fluoride aan drinkwater zijn echter niet overtuigend, terwijl veel studies hebben bewezen dat het juist meer schade toebrengt (McDonagh et al., 2000). Nog veel meer studies laten zien dat gefluoriseerd water het IQ van de bevolking verlaagt (e.g., Borman Fyfe, 2013; Green et al., 2019; Lu et al., 2000; Rocha-Amador et al., 2007; Wang et al., 2008).
Vertaling van https://thecritic.co.uk/face-masks-make-you-stupid/